Iedereen houdt van een koopje. En dat snap ik, want ik houd er zelf ook van. Maar sinds ik wekelijks op rommelmarkten sta met spullen uit inboedels, zie ik een kant van die koopjesjacht die soms behoorlijk wringt.
Wat ooit begon als een manier om spullen een tweede leven te geven, voelt steeds vaker als een strijd tussen verwachtingen en realiteit – een strijd die ik elke marktdag opnieuw moet voeren.
De oorsprong van mijn handel
Ik ontruim woningen, inboedels, tuinen, garages enz. Vaak gaat het om huizen van mensen die overleden zijn, of ouderen die kleiner gaan wonen.
Het zijn spullen met een geschiedenis, met ziel.
Geen fabrieksnieuw spul in plastic, maar echte dingen: tafellakens met geborduurde randjes, koperen ketels, boeken vol vergeelde pagina’s, keukengerief dat al generaties meegaat. Je weet wel, de dingen die vroeger "kwaliteit" betekenden.
Na de ontruimingen die vaak al een heel zware taak zijn, en waar mensen ook zo goedkoop mogelijk willen bediend worden, steek ik veel tijd in alles uit te zoeken, schoon te maken, te sorteren en netjes uit te stallen op de rommelmarkt.
Want hoewel het tweedehands is, wil ik het met respect presenteren, en dat bekom ik enkel door er vele uren, zowel week als zondagen aan te besteden.
De kunst (en pijn) van het afdingen
Afdingen hoort erbij. Dat weet ik. Maar wat ik de laatste tijd merk, is dat het afdingen vaak niet meer gaat om een eerlijke prijs, maar om het principe dat niets nog iets mag kosten.
Een koffieservies van Royal Boch dat nieuw 120 euro kost? "Mag het voor 50 cent?"
Een vintage houten kastje dat ik heb opgeknapt? “Ik geef je 5 euro, en dan moet je blij zijn.”
Een set handgemaakte lakens: “Tja, op Temu koop ik er tien voor die prijs.”
Wat mensen niet lijken te beseffen: ik heb die spullen niet zomaar gekregen. Ik heb ze van zolders gesleurd, in muffe kelders gesjouwd, in weer en wind schoongemaakt en vaak nog opgeknapt. Ik verkoop geen goedkope meuk, ik verkoop spullen met karakter. En ja, die hebben een prijs.
Geen winkelprijs, maar wel een eerlijke prijs.
Temu, Shein & de wegwerpgeneratie
De invloed van platformen zoals Temu en Shein is onmiskenbaar. Mensen zijn gewend geraakt aan spotgoedkoop, vaak zonder zich af te vragen waarom het zo goedkoop is. Kwaliteit is ondergeschikt geraakt aan kwantiteit. Als iets kapot is, bestel je gewoon een nieuwe.
Waarom 8 euro betalen voor een degelijk houten fotokader als je er bij Temu drie krijgt voor 4 euro – ook al vallen die na een maand uit elkaar?
Het probleem is dat deze mentaliteit doorsijpelt naar de rommelmarkt.
Mensen verwachten kwaliteit (soms zelfs hogere kwaliteit dan in winkels), maar willen er letterlijk niks voor betalen.
En als het niet aan hun verwachtingen voldoet, laten ze hun ongenoegen heel graag blijken.
Ongevraagd en hardop lopen ze te klagen over de "brol" die mensen durven verkopen, de prijzen die ze te hoog vinden, of betasten en controleren alles alsof het elk moment uiteen kan vallen... om het daarna achteloos terug te "gooien".
Daarna genieten ze graag op een terrasje van een coctail of een verse Sangria, liefst uit een vintage glas en dito schaaltje gevuld met nootjes, voor de prijs van gemakkelijk 15€ of meer, en de rekening? rond maar af naar boven meneer... met een grote smile...
De schrijnende ironie
Het is pijnlijk ironisch: we leven in een tijd waarin duurzaamheid en hergebruik als kernwaarden worden gepredikt, maar tegelijk willen mensen tweedehands spullen voor minder dan de prijs van fast fashion uit China, en meubels van karton en spaanderplaten.
Wat men vergeet, is dat de spullen op mijn kraam geen massaproducten zijn. Ze zijn door mensenhanden gemaakt, ze hebben een leven achter zich, en ik geef ze een kans op nog een toekomst. Maar dan moeten kopers ook durven beseffen: kwaliteit en waarde zijn niet gratis.
En afdingen is prima, maar respect mag nooit het wisselgeld zijn.
Tot slot
Dus de volgende keer dat je langs een kraam op de rommelmarkt wandelt en iets moois ziet, bedenk dan het volgende: achter dat item zit een verhaal, en achter de verkoper staat geen groot bedrijf, maar gewoon iemand die met hart en ziel oude spullen een nieuw leven wil geven.
En ja, daar mag een eerlijke prijs tegenover staan.
Brocanteurs zijn geen bedelaars, maar mensen met een passie!
Reactie plaatsen
Reacties